Nan Goldin

  • Original works
    The Devil's Playground, inclusief een gesigneerde cibachrome print van Valérie in the Taxi, Paris 2001
    Map 69 x 47 cm, boek 31 x 23 cm, foto 40 x 60 cm
  • Books
    I'll be your mirror
    27,2 x 20,2 cm
  • Biography


    Amerikaanse fotografe, Geboren: 1953 Boston, Washington,
    ’Mijn werk is gebaseerd op snapshots. Het is de vorm van fotografie die het dichts bij de liefde staat.’

    Goldin begon op haar achttiende te fotograferen om grip op haar eigen leven te krijgen. Haar onderwerpen waren en zijn de mensen om haar heen, haar ’familie’, haar vrienden en geliefden. Snapshots van haar vrienden in Boston, leerlingen van een alternatieve school en de glamoureuze foto’s van dragqueens, duidelijk geïnspireerd op de modefotografie van destijds beroemde en herontdekte modefotografen als Guy Bourdin, Cecil Beaton en Baron de Meyer.

    1973 Eerste solotentoonstelling in Cambridge (Massachusetts).

    Midden jaren zeventig gaat zij in kleur werken en vindt - mede beïnvloed door de rauwe fotografie van Weegee en Lisette Model - haar eigen benadering: Goldin legt vast en neemt deel, haar foto’s zijn intiem en empathisch.

    In 1978 vertrekt zij naar New York waar zij tot eind jaren tachtig in het down town milieu van kunstenaars en schrijvers verkeert dat elkaar treft in clubs en performance ruimtes ver van de officiële kunstwereld. Hier maakt zij foto’s die in steeds wisselende samenstelling in diezelfde clubs getoond worden in de vorm van de diashow The Ballad of Sexual Dependency. Net als het oorspronkelijke lied van Kurt Weill roept Goldins ballade een tijdperk op aan de hand van voor haar typerende thema’s: sexualiteit, relaties, identiteit, gebaseerd op een combinatie van schaamteloze intimiteit en medeplichtigheid tussen onderwerp en fotograaf. Muziek ondersteunt de sequentie van 700 beelden waarin vaak dezelfde vrienden terugkeren: Brian, Suzanne, David, Cookie, Sharon, Max, Greer, kenny, Bruce, Siobhan... en Nan zelf. Met haar diashow The Ballet of Sexual Dependency maakt zij in de jaren ’80 meteen naam. Deze reeks van ongeveer 700 dia’s met muzikale begeleiding werd in galerieen, filmhuizen, musea en op filmfestivals in heel Europa getoond.

    Eind jaren tachtig raakt Nan Goldin verslaafd en gaat naar een ontwenningskliniek in de buurt van Boston.
    De eerste foto’s die zij hierna maakte zijn zelfportretten die een onderdeel vormen van de diashow All By Myself. Voor het eerst fotografeert zij bij daglicht, heldere foto’s die in scherp contrast staan met haar eerdere dramatisch belichte werk.

    Daarnaast begon zij de vernietigende effecten van de ziekte AIDS op de mensen uit haar omgeving vast te leggen. Zij maakte het Cookie Portfolio (1989) als een eerbetoon aan de vrouw met wie zij dertien jaar bevriend was en die stierf aan AIDS.

    De kunstenares ontving talrijke prijzen en in 1991/92 ontving ze een DAAD-beurs voor Berlijn.

    Onder de recentere series bevinden zich reeksen lege kamers, landschappen, sobere portretten en foto’s van de homosexuele cultuur in Bangkok en Manila waar zij in 1992 als still fotograaf verbleef. Ook deze laatste foto’s hebben een vanzelfsprekende plaats in de dagboekachtige kroniek van haar leven.

    Het Stedelijk Museum presenteerde in 1997 in de zomermaanden een grote overzichtstentoonstelling van haar werk. De tentoonstelling is georganiseerd door het Whitney Museum of American Art.

    Vanaf het begin heeft Nan Goldin zich in haar fotografie op het thema van de seksualiteit gericht. Jarenlang fotografeerde ze mannen en vrouwen op de rand van de aanvaarde normen van de seksualiteit. Goldins werk is in haar eigen woorden ’een dagboek dat anderen mogen lezen... Mijn beelden komen voort uit relaties, niet uit observatie.’

    Nan Goldin heeft in de afgelopen dertig jaar bijvoorbeeld haar ’visueel dagboek’ gecreëerd. Hierin stelt ze op een gevoelige manier haar wereld te boek, vooral haar vrienden, minnaars en minnaressen, haar reizen naar Europa en Azië en haar (relatie)crises. Niet alleen in haar foto’s, maar ook in haar van muziek voorziene diaprogramma’s, zoals The Ballad of Sexual Dependency, uit 1981-1996, of in haar film I’ll Be Your Mirror, uit 1995, heeft Goldin een intiem panorama van de ’condition humaine’ aan het einde van de 20e eeuw geschapen. Daarbij heeft ze haar blik steeds gericht op de levensgebieden waarin de houding van de mens ten aanzien van de liefde, seksualiteit en de rolverdeling tussen de seksen zowel intens als open is: de cultuur van de lesbiennes en de homoseksuelen, en de ogenschijnlijk glamourvolle wereld van de traverstieten. Zijzelf leeft in dit gebied en zet zonder voyeuristische indiscretie haar foto’s in scene.

    Nan Goldin werkt vaak in series, veel van haar ’protagonisten’ heeft ze gedurende een periode van twintig jaar gefotografeerd. Om recht te doen aan de complexiteit van de menselijke gevoelens ten opzichte van verlangen en mislukken, vertrouwt ze op ’de accumulatie van de portretten als representatie van een persoon’ (Goldin). Het Portfolio Cookie Mueller, van 1976 tot 1989, hiervan is een belangrijk voorbeeld: in zeventien foto’s volgt Goldin haar relatie tot deze ster uit diverse John Waters-films van vroege ontmoetingen tot en met de begravenis van de aan aids gestorven vriendin. Het intiemste wordt hier openbaar, de grenzen van schaamte en maatschappelijke taboes worden niet geaccepteerd. Nan goldin weet dat juist mensen die de omgangsvormen opnieuw vormgeven, door maatschappelijke discipline en controle bedreigd worden. Wat overblijft is de vlucht naar voren, naar de schijnwerpers van de openbaarheid.